Jonkerbosch   ––––––––––––––––
                       Groei en Bloei  (21)

Br. Vertunianus

Nieuwe perspectieven! 1950-1951-1952 (vervolg)

Het Zilveren Jubileum van Br. Honobertus

In het zomertrimester wordt het zilveren feest van een jubilaris voorbereid. Br. Honobertus, de ziekenbroeder, is ditmaal het "slachtoffer". De eigenlijke viering op 19 maart is vanwege de vasten uitgesteld. Op dinsdag 4 juli heeft het feest plaats: het wordt ingezet met een meerstemmige Drieherenmis, weer uitgevoerd door het Broeders- en jongenskoor. Pater A.C.M. v.d. Bosch van de Augustijnen houdt de feestrede. Na het ontbijt volgt een receptie buiten achter het hoofdgebouw.


jubilaris met zijn moeder 1950
De Jubilaris met zijn moeder

De melodie van het jubileumlied is ontleend aan de 25-jarige KRO, die net z'n zilveren feest achter de rug heeft. Er zijn toepasselijke woorden op gemaakt en het vlotte lied gaat er best in.
's Middags na het diner verzorgen de jongens een bonte middag in de toneelzaal; in de avonduren concerteert de Nijmeegse Postharmonie weer voor jubilaris en familieleden, broeders en jongens.


groepsfoto 1950
Br. Honobertus met famflieleden, luisterend naar het concert van de Nijmeegse Postharmonie.
In het midden Br. Nathanaël, Provinciale Overste, links van hem Br. Aubertus, Overste

Het feest sluit woensdag 5 juli met een film van de Wiener Sängerknaben ("Met muziek door het Leven"), voorafgegaan door de IJscotoeristen.

Het is moeilijk geweest het feest nog uit te stellen, anders was dit zeker gebeurd in verband met het overlijden van Clemens Laurijssen. Daags voor het jubileumfeest, op 3 juli, is Clemens in het St. Canisiusziekenhuis te Nijmegen overleden na een darmoperatie aan een beklemde breuk. Vlak na de operatie heeft hij 's nachts kans gezien water te drinken uit het glas van zijn buurman met het noodlottig gevolg. Zijn mede-patient kon hem er niet van tegenhouden en toen de zuster kwam, was het reeds te laat. Clemens wordt daags na de jubileumviering begraven. De begrafenis is bijgewoond door alle broeders en jongens.

De Schoolreis naar Rotterdam, 25 juli 1950

Inmiddels is Br. Valenus op 11 mei al vertrokken naar ons huis St. Jozefdal te Eindhoven. We verliezen in hem een portier en een trouw lid van de toneelvereniging, vooral voor de vrome rollen! De zondag van 25 juni is gereserveerd voor de 22 jongens, die hun Plechtige Communie doen.

Dé attraktie van het trimester vormt ook nu weer de jaarlijkse schoolreis op 25 juli, met als doel Rotterdam. De hele reis is nog steeds te volgen op een film (16 mm), die door Br. Dubricius uit Noordwijkerhout is opgenomen. In Den Bosch stoppen de bussen voor een bezoek aan de St. Janskathedraal. Voorbij Tilburg wordt in de buurt van het vliegveld Gilze-Rijen een broodje gegeten, terwijl men met nog meer belangstelling het stijgen en landen der vliegtuigen volgt. Bij de Moerdijkbrug verlaten alle passagiers de bussen om lopend de lange brug te nemen. De verder gelegen spoorbrug, waar juist een trein over rijdt, bestaat nog uit bogen, die onderling verschillen, gerestaureerde stukken van na de oorlog.
In Rotterdam is de Maastunnel trekpleister voor een wandeling. Bij Diergaarde Blijdorp voegen de Broeders uit Den Haag zich bij de Jonkerbosschers. Hier wacht de reizigers een mooie tocht langs de dierenverblijven, een klimpartij op de uitkijktoren, een uitgebreid speelkwartier in de grote speeltuin en een rustpauze voor het verorberen van broodjes en krentenbollen bij een glas limonade.
Na de middag rijden de bussen naar de kade, waar de Spido-boot klaar ligt voor een rondvaart door de haven. We varen over de tunnel, zichtbaar aan de beide tunnelgebouwen bij de ingangen. Zeeschepen, sleepboten, kranen langs de wal, dokken met grote werkkranen, het vliegkampschip Karel Doorman in aanbouw, het zijn allemaal zeer interessante en boeiende objecten. Het laatste stuk van de film is erg slecht. De terugreis gaat weer over Breda, waar nog even gegeten wordt.

Augustus... mutaties!

In de maand augustus (17) krijgt het feest van Br. Honobertus nog een naviering voor de Broeders. 's Avonds draaien de films: "Jodi en het hertenjong" en "Spionnen aan d Theems".
In dezelfde week vertrekken de Brs. Quirillus, Amesius en Lupianus, terwijl uit Roermond Br. Wulfranus en Br. Vertunianus naar Jonkerbosch komen.

In het najaar van 1950 wordt het foto-bureau "Roovers" in Rotterdam uitgenodigd tot het maken van een aantal interieurfoto's. De bedoeling ervan is de oude fotokaarten van Jonkerbosch te vervangen door nieuwe. Er is zoveel veranderd, dat een nieuwe serie meer bij de tijd is. In december 1950 verschijnen 13 verschillende kaarten:

1. Entree

2. Salon

3. Ziekenzaal

4. Kapel

5. Keuken

6. Bakkerij

7. Recreatiezaal

8. Slaapzaal

9. Wasplaats

10. Schoolgang

11. Klaslokaal

12. Atelierklas

13. Timmerwerkplaats.

Met de buitenfoto's wacht men liever tot de zomer.

De uitgave van een Eigen Tijdschrift

Al meerdere malen is er over gesproken op welke manier men het beste contact kan onderhouden met de ouders. Een ouderavond kan moeilijk georganiseerd worden wegens de grote afstand, die vele ouders zou verhinderen aanwezig te zijn. Een ouderdag op de bezoekdag is misschien wel te verwezenlijken, hoewel deze meer bestemd is voor het contact tussen ouders en kind, waarbij het contact tussen ouders en opvoeders mogelijk is. Om alle ouders te kunnen bereiken wordt uiteindelijk gezocht naar een schriftelijk contact. Verschillende internaten geven een blad uit, gestencild of gedrukt, en het idee is geboren om een dergelijk blad voor Jonkerbosch te gaan uitgeven.
De eerste opzet van het contactblad is een gestencild boekje mèt de naam ,,Jonkerbosch". Br. Edelwald uit Den Haag is bereid de omslagtekening te maken. De redactie zal bestaan uit Br. Overste Aubertus, Br. Aquilas, Br. Benignus en Br. Theodisius.
In de school is de Atelierklas (werkklas) reeds begonnen met een eigen schoolkrant, die de jongens zelf opstellen, illustreren en drukken. De klas beschikt over een handpers met ronde inktplaat, zetbok met letterkasten en andere materialen benodigd voor het drukken.


Vertunianus met drukpers in 1956
Drukker (Br. Vertunianus) en tussenlegger (Br. Alferius) in aktie, de pers is intussen met een motor uitgerust

Bovenstaande plannen worden gewijzigd als ook Br. Overste met Br. Heberactus een drukpers op de kop weet te tikken bij de firma Damhuis in Amsterdam. Ze arriveert op 7 december, het is een Phoenix Presse, een tweedehands degelpers met voetaandrijving. De vertegenwoordiger van Damhuis, de heer Leine, geeft graag zijn instructies. Bij dezelfde firma wordt een zetbok gekocht en zetkasten met letters uit de Gul-serie.
Het is een hele onderneming, niemand heeft ooit een zethaak gezien. De laatste logeerkamer wordt als drukkerij ingericht. Het grootste deel van het te verschijnen eerste nummer is door Br. Aubertus geschreven en gezet. Hulp van diverse broeders wordt gaarne aanvaard. Br. Chrispinus vindt als oud-"leerlingzetter" van een drukkerij wat tijd om te helpen, terwijl Br. Heberactus zich voor de druktechnische kant interesseert.

Op 14 december glijden reeds de eerste pagina's van de pers. Met drie man sterk staan ze aan de pers: de drukker, de tussenlegger en de trapper. Het lukt niet allemaal even goed, alleen als er een vel flink zwart van de inkt te voorschijn komt, klinkt het: "Da's een goeie, die moeten we bewaren!" Ja, wie zou er ook van drukken verstand hebben? Toch: eer aan degenen, die het aandurfden!
De jongens gaan 21 december op vakantie: een dag vroeger, op verzoek van de Nederlandse Spoorwegen. In verband met de vele sneeuw hebben de treinen nog al vertraging.
Op de drukkerij is het nu een en al aktiviteit. De moed wordt er in gehouden door Br. Martinus, die op zijn tijd koffie en thee aansleept en de sigarenkist geopend houdt.
Het is de bedoeling het tijdschrift zo vlug mogelijk na het vertrek der jongens te laten verschijnen, ofschoon het vooral bestemd is voor de ouders.

Vele handen maken licht werk en vlak na Kerstmis is het eerste nummer gereed: 16 pagina's, nog zonder advertenties. Op de omslag prijkt de H. Tarcisius, patroon van Jonkerbosch, een tekening van de hand van de glazenier Gé Tummers uit Nijmegen. Het boekje heeft als titel: "Schakel", contactblad der Broeders van Liefde te Nijmegen. De naamgeving "Jonkerbosch" is door Br. Overste veranderd in "Schakel". Ofschoon het papier van het binnenwerk nog van minder goede kwaliteit is, komen de foto's goed tot hun recht; ook enkele lino-sneden uit de Atelierklas versieren de tekst. Frater S. Rombouts noemt het in Ons Eigen Blad "een goed geredigeerd tijdschrift".
De inhoud van het boekje bestaat uit de volgende titels:

1. Bij een verschijnen

2. Samenwerking bij de godsdienstige opvoeding

3. Schoolvoetbal

4. Vrije-tijdspassering

5. Wat moet mijn kind worden?

6. Schoolfilm

7. Wenken voor de ouders

8. Trimesterjournaal

Het is verlucht met een zestal foto's: klaslokaal, zaal, school, hoofdgebouw en twee sneeuwfoto's van inrijpoort en paviljoen.

Om een indruk te geven van het doel, waarom het tijdschrift verschijnt, laten we hier het voorwoord (Bij een verschijnen) volgen:

"Mag ik mij aan U voorstellen? Mijn naam is Schakel". Niet zoals U Jan of Piet gedoopt werd. Met Hein of Klaas was U ook tevreden geweest. Mijn naam hoort echter Schakel te zijn. Het is toch mijn bedoeling Jonkerbosch en thuis aaneen te schakelen.
Ik wil het contact en de band tussen Jonkerbosch en thuis zo mogelijk verstevigen.
Ik zag het levenslicht rond Kerstmis van het Heilig jaar 1950. Het een en ander verliep voorspoedig en, na de strubbelingen van de kinderziekten, hoop ik zoveel levensvatbaarheid te bezitten, dat ik mij driemaal per jaar bij U kan aandienen. Ik hoop dit te doen op het einde van elk trimester. Als U mij niet vervelend vindt, hoop ik later mijn bezoeken aan U te vermeerderen.
Elk blijk van belangstelling Uwerzijds, zal ik ten zeerste waarderen.
Voor opbouwende kritiek houd ik mij aanbevolen en gaarne stel ik mijn ruimte beschikbaar voor interessante onderwerpen. Hebt U mijn kleedje bekeken? St. Tarcisius houdt de fakkel van het onderwijs in de linkerhand. De rechterhand omvat hen, die thuis achterbleven en, in geestelijk contact, bidden voor het kind, dat ter opvoeding aan Jonkerbosch werd toevertrouwd.
Moge St. Tarcisius ons werk zegenen!"

Het interessantste artikel is ongetwijfeld: "Wat moet mijn kind worden?" Deze vraag, die vele ouders ernstig en bezorgd bezighoudt, wordt in een eerste artikel van een vervolgserie naar aanleiding van een gehouden enquête op zeer praktische wijze behandeld.
De reacties der ouders op het tijdschrift, ook schriftelijke, zijn vol enthousiasme. Het tijdschrift belooft een succes te worden!


mondorgelclub 1950
Mondorgelclub M.C.C.J. Concordia

Oprichting van M.C.C.J. Concordia

Nog een nieuwtje valt te melden uit de laatste maanden van 1950. Br. Ulpianus brengt de vele "mondorgelvirtuozen" samen in een club, die de naam krijgt van M.C.C.J. ofwel Mondharmonicaclub Concordia Jonkerbosch. Na diverse repetities kan de club op het naamfeest van Br. Overste Aubertus, 13 december, de feesteling bij de aanvang van de receptie verwelkomen met een pittig nummertje. Onder de bezielende leiding van Br. Ulpianus viert het orkest daarmee zijn eerste – geslaagde – optreden.

inhoud volgende deel Schakel, jaargang 16 (1966), nummer 2, pp. 7-13

StatCounter